De eekhoorn is eikels aan het verzamelen in het bos en struikelt daarbij over een schildpad. Hij weet niet wat een schildpad is en laat zijn fantasie de vrije loop over wat de schildpad zou kunnen zijn. Eerst denkt de nieuwsgierige eekhoorn dat de schildpad een steen is, daarna een noot, helm, een wereldbol en een boot. De norse schildpad vindt het vreselijk wat de eekhoorn allemaal bedenkt en reageert steeds vijandig. Nadat de schildpad de eekhoorn heeft gered van een roofvogel, noemt de eekhoorn haar een vriend. Daar is de schildpad het wel mee eens.
Verslagje bij het verhaal:
Voor het verhaal werden er 4 prenten opgehangen van een eekhoorn, schildpad, muis en een roodborstje. De volgende vragen werden gesteld:
-Welk dier heeft een grote pluimstaart? Wie heeft er wel eens een eekhoorn gezien? Waar?
-Welk dier is klein en heeft een spitse snuit? Wie heeft er wel eens een muisje gezien? Waar?
-…
Er lagen ook verschillende dingen op een tafeltje. (verschillende vormen van blokjes, eiersnijder, thee-ei, paddestoel)
Wat waren die dingen? Waar deden die dingen je aandenken? Hadden die dingen ook een naam? Een blokje kon een brug zijn, een tunnel, een regenboog,…
De eekhoorn noemt de schildpad ook een ding in het verhaal.
Tijdens de start van het verhaal werd eerst de kaft besproken. De kleuters vertelden zeer enthousiast wat er gebeurde. De gevoelens van de schildpad waren zeer duidelijk. Het verhaal bestaat uit een dialoog tussen de eekhoorn en de schildpad. De eekhoorn sprak snel en de schildpad sprak traag.
Als verwerking hadden we het verhaal opnieuw verteld, maar deze keer met behulp van de kleuters. Ze moesten ook de 2 muisjes en de 2 roodborstjes zoeken en vertellen wat ze deden. Deze waren op elke pagina te vinden.